Op 19 december 2023 is door de Eerste Kamer het Belastingplan 2024 aangenomen. Het Belastingplan 2024 bevat onder andere aanpassingen in het kader van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling aanmerkelijk belang(DSR).
Recent kwam in het nieuws dat Staatssecretaris van Financiën aangaf dat de Tweede Kamer de verruiming van de fiscale voordelen voor familiebedrijven bij bedrijfsopvolging moet terugdraaien. Hij concludeert dit na een onderzoek door het advocatenkantoor NautaDutilh. Zij stellen dat deze verruiming waarschijnlijk in strijd is met de Europese staatssteunregels.
Mijn interesse was direct gewekt: Gaan de aanpassingen in de BOR en de DSR zoals opgenomen in het Belastingplan 2024 niet door?
Bovenstaand nieuws heeft echter betrekking op een specifiek onderdeel van de aanpassingen van de BOR en de DSR, namelijk op het verwaterde belang met betrekking tot familiebedrijven. De regel is nu dat verwaterde belangen bij een minimumbelang van 0,5% gebruik kunnen maken van de BOR en de DSR, mits deze verwatering het gevolg was van bijvoorbeeld erfopvolging. Deze minimumeis komt per 1 januari 2025 te vervallen wanneer de verkrijger een bloed- of aanverwant in neergaande lijn is. Hierdoor blijven familiebedrijven ondanks vergaande verwatering toegang houden tot de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten, waardoor zij grotendeels vrijgesteld zouden zijn van schenk- en erfbelasting bij bedrijfsoverdrachten.
Volgens NautaDutilh is deze specifieke bevoordeling voor familiebedrijven vanuit staatsrechtelijk perspectief kwetsbaar. De kans is groot dat de Europese Commissie daarom deze maatregelen zal afwijzen. De fiscale regelingen voor bedrijfsoverdrachten zijn bedoeld om de continuïteit van bedrijven te waarborgen. NautaDutilh geeft aan dat dit voor alle bedrijven geldt en niet alleen voor familiebedrijven. Dit houdt in dat de ruimere toegang dan ook voor alle bedrijven moet gelden in het kader van het gelijkheidsbeginsel (en niet alleen voor familiebedrijven).
Als bovengenoemde aanpassingen niet doorgaan treft dit alleen familiebedrijven waarbij het belang al dusdanig is verwaterd dat er sprake is van een (zeer) klein belang van een overdrager in het familiebedrijf. De vraag is dan ook of de continuïteit van het familiebedrijf in gevaar komt als zo’n klein belang wordt overgedragen, want daar is de BOR en de DSR immers voor bedoeld. Zelf ben ik van mening dat het niet zo’n vaart zal lopen dat de continuïteit in gevaar komt als het minimumbelang gehandhaafd blijft. Heeft u vragen over wat van belang is in uw situatie? Neem gerust contact op.
R. (Remko) van de Craats RB
Corporate Finance Adviseur/Belastingadviseur
ook bereikbaar via 0343-415940
Geschreven naar de stand van zaken op 22 mei 2024