Veel instellingen lukt het niet om 100% van de VOG’s van nieuwe medewerkers geldig en tijdig ontvangen te hebben. Doordat accountants elke ontbrekende, ongeldige of niet tijdig ontvangen VOG moeten melden aan de Onderwijsinspectie, krijgen veel PO- en VO-instellingen een verslag van bevindingen waaruit dit blijkt.
Uit de afhandelingsbrieven van de jaarrekening 2021 die momenteel door de Onderwijsinspectie naar instellingen worden gestuurd, blijkt dat de tekst hierover is aangescherpt. Dit is alleen het geval bij instellingen die voor minimaal het tweede jaar op rij een verslag van bevindingen met betrekking tot VOG’s hebben ontvangen. De Inspectie geeft in de brief aan dat ze zich beraden op eventuele vervolgacties indien passende maatregelen uitblijven.
Wij hebben navraag gedaan waar deze vervolgacties uit kunnen bestaan. Het is ons echter niet duidelijk gemaakt wat dit precies kan zijn. De Inspectie geeft aan dat zij herstelopdrachten kunnen opleggen die, bij niet nakomen daarvan door de onderwijsinstellingen, “kunnen leiden tot handhaving”. Het uitgangspunt van de Inspectie is dat ook in acute vervangingssituaties de veiligheid van de leerlingen voorop staat. En dat het aan de scholen is om de afweging te maken om een klas als gevolg van een ontbrekende VOG al dan niet naar huis te laten gaan.
Wij adviseren u daarom om, voor zover mogelijk, passende maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat alle VOG’s geldig en tijdig aanwezig zijn. Hiermee voorkomt u dat mogelijk herstelopdrachten worden opgelegd.
Prinsjesdag 2025: wat betekent dit voor het onderwijs? Op Prinsjesdag presenteerde het kabinet de Miljoenennota en het Belastingplan 2026. Het kabinet is demissionair. Dit betekent dat het lopende zaken
De dag vóór Prinsjesdag is een kamerbrief gepubliceerd. Hierin worden plannen toegelicht voor een nieuw financieringsstelsel. Hoewel de geplande ingangsdatum 2029 is, leiden de voorstellen al tot discussies. Wij lichten
Het einde van het jaar 2025 nadert met rasse schreden. Kinderopvang is arbeidsintensief waardoor een groot deel van de kosten uit loonkosten bestaat. Dit betekent ook dat een kinderopvangorganisatie relatief