16 juli 2019

Het zal u niet ontgaan zijn: het Kabinet is voornemens de positie van de zzp’er te versterken en tegelijkertijd te beschermen. In dit artikel gaan wij in op de ontwikkelingen met betrekking tot de verplicht te stellen arbeidsongeschiktheidsverzekering en het minimum uurtarief voor de zzp’er en de gevolgen daarvan specifiek voor de bouwsector.

Verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering

Het kabinet heeft samen met werkgevers- en werknemersorganisaties en de SER een principeakkoord gepresenteerd over een toekomstbestendig en evenwichtig pensioenstelsel. Als dit akkoord werkelijkheid wordt, moeten zzp’ers zich verplicht gaan verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid. Het kabinet heeft sociale partners gevraagd om voor de zomer van 2020 met een concreet voorstel te komen. ZZP Nederland is niet blij met de maatregel: “Wij weten dat een verplichte aov voor zzp’ers onuitvoerbaar is, onacceptabel en velen richting de voedselbank zal sturen”, schrijft belangenvereniging ZZP Nederland op Twitter.

Volgens onderzoek van het CBS zegt 41 procent van de zzp’ers geen enkele voorziening te hebben getroffen voor arbeidsongeschiktheid. Verzekeringen vinden zij te duur. Daarnaast hebben ze vaak ook geen spaargeld achter de hand voor als ze hun werk niet meer kunnen doen. De gemiddelde kosten van een arbeidsongeschiktheidsverzekering bedraagt 3.000 euro per jaar. Bij een werkweek van 40 uur per week en 6 weken vakantie komt dit neer op 1,60 euro per uur.

Naar aanleiding van een gehouden pilot door SharePeople ZZP-bouw is een betaalbaar alternatief op de markt gekomen specifiek voor de bouwsector. Bij deze vorm van crowdsurance is de in te leggen premie afhankelijk van het ziektepercentage met een maximum van 1.500 euro per jaar. Hiermee is gerekend met een ziekteverzuim van 6,25 procent. Wanneer het werkelijke ziekteverzuim lager uitvalt, betaalt de aangesloten zzp’er ook minder premie. Het huidige ziekteverzuim in de bouwsector bedraagt ongeveer 4 procent. Bij een ziekteverzuim van 4 procent betaalt de zzp’er in de bouw 1.000 euro per jaar. Bij een werkweek van 40 uur per week en 6 weken vakantie komt dit neer op 0,50 euro per uur.

Minimum uurtarief

Zelfstandigen zonder personeel krijgen recht op 16 euro per uur. Het kabinet wil een minimumtarief om zzp’ers aan de ‘onderkant’ van de arbeidsmarkt te beschermen tegen armoede en schijnzelfstandigheid. Het bedrag moet voldoende zijn om van te leven en om daarnaast bijvoorbeeld een verzekering voor arbeidsongeschiktheid te nemen. Het plan was al aangekondigd in het regeerakkoord van de coalitie. Toen was sprake van een bedrag tussen de 15 en 18 euro. Ongeveer 75 duizend zzp’ers verdienen minder dan 15 euro per uur, waarbij de bouwsector er onder andere uitspringt. De gemiddelde uurtarieven in de bouwsector variëren tussen de 20 euro (timmerman) en de 45 euro (uitvoerder bouw) per uur.

In Nederland zijn ongeveer 1,2 miljoen zzp’ers werkzaam. Dit betekent dat ruim 6 procent van de zzp’ers minder dan 15 euro per uur verdient. In maart dit jaar berichtte het CBS dat het aandeel zzp’ers met een laag inkomen (onder de armoedegrens) is gestegen naar bijna 9 procent. Over de hele beroepsbevolking gaat dat om een percentage van 2,5 procent. Dit was een van de voornaamste redenen om de positie van de zzp’er te verstevigen.

Verkapt dienstverband

Voor zzp’ers die prima verdienen komt er juist meer vrijheid te ondernemen, aldus verantwoordelijk minister Wouter Koolmees. Hij heeft zijn voorstellen eind juni naar de Tweede Kamer gestuurd. Met deze plannen wil Koolmees zzp’ers en opdrachtgevers meer duidelijkheid geven over hun relatie. En dus voorkomen dat er sprake is van een verkapt dienstverband. Om dit laatste te voorkomen komt er een zelfstandigenverklaring. Dit geeft niet alleen vooraf zekerheid over loonheffing en werknemersverzekeringen. Ook geeft dit, voor zover mogelijk, zekerheid over arbeidsrechtelijke gevolgen, pensioenverplichtingen en cao-bepalingen. Voor de opdrachtgevers komt er een opdrachtgeversverklaring als instrument om zekerheid vooraf te krijgen.

Verwachte inwerkingtreding

Het kabinet streeft ernaar de noodzakelijke wetgeving in het derde kwartaal van 2019 voor internetconsultatie uit te zetten. De inwerkingtreding van de wetgeving is voorzien in 2021. Wij volgen deze ontwikkelingen op de voet en houden u daarvan op de hoogte via onze nieuwsbrieven.

J. (Julian) Jonker MSc

J. (Julian) Jonker RA MSc
Relatiebeheerder
jjonker@vanreeacc.nl
0172-782130

Meer nieuwsitems