28 mei 2018

Tijdens onze controles in het primair onderwijs komen wij regelmatig problemen met betrekking tot de naleving van de ’Regeling achterwege laten vermindering van de bekostiging bij niet-herbenoeming ontslaguitkeringsgerechtigde ex-werknemers primair onderwijs’ (hierna genoemd de ‘eigen wachtgelder regeling’ tegen. Kort samengevat, houdt deze regeling in dat ex-personeelsleden aan wie bij ontslag recht op een (bovenwettelijke) WW-uitkering is toegekend, bij het ontstaan van vacatures met voorrang benoemd moeten worden. Bij het ontstaan van een vacature moet een school derhalve eerst haar eigen wachtgelders benaderen met de vraag of zij beschikbaar zijn voor benoeming en alleen wanneer geen van de eigen wachtgelders een benoeming wil aanvaarden, mag de school overgaan tot het benoemen van anderen.

Complexe regeling

De regeling is complex. Er zijn allerlei ontheffingsmogelijkheden, waarvan er sommige van permanente aard en sommige van tijdelijke aard zijn. Ook zijn er forse administratieve verplichtingen aan de regeling verbonden. Scholen moeten een registratie van de eigen wachtgelders en een dossier bijhouden aan de hand waarvan zij kunnen aantonen dat sprake is van een geldige ontheffing, of dat de vacatures aangeboden zijn aan de eigen wachtgelders. In de praktijk komen wij diverse problemen tegen, zoals

  • Is iemand die in het verleden bij het betreffende bevoegd gezag gewerkt heeft en een uitkering geniet, ook altijd een ‘eigen wachtgelder’?
  • De registratie en de dossiervorming van de eigen wachtgelders is niet op orde. Met name de ondertekende ontheffingsverklaring is vaak niet aanwezig.
  • Scholen realiseren zich niet dat in een groot aantal gevallen een ontheffing geen permanent karakter heeft maar een tijdelijk karakter. Na afloop van de periode waarvoor automatisch ontheffing is verleend, moeten de vacatures derhalve alsnog worden aangeboden aan de eigen wachtgelders, of de ontheffing moet ‘ververst’ worden. Dit betekent dat contact gezocht moet worden met de eigen wachtgelders en moet worden vastgesteld dat de ontheffingsgrondslag (bijv. ‘verschil van inzicht over de wijze van vervulling van de functie’) nog steeds aanwezig is. Dit moet dan door beide partijen schriftelijk worden vastgelegd middels een daarvoor bestemd formulier.
  • Men biedt bij kortdurende vervangingsvacatures (> 8 uur per week) de functie niet aan eigen wachtgelders aan.

Ontslag wegens gewichtige redenen

Het voert in het kader van deze nieuwsbrief te ver om bovengenoemde zaken verder uit te werken. Eén punt willen we er uitlichten. In de praktijk zien wij dat in veel gevallen ontslag plaats vindt op basis van ‘gewichtige redenen’. Deze redenen kunnen zijn:

  1. onverenigbaarheid van karakters,
  2. onherstelbaar verstoorde werkrelatie, of
  3. onoplosbare verschillen van inzicht omtrent de wijze waarop de taken van de uitkeringsgerechtigde ex-werknemer moeten worden uitgevoerd.’

Bij toepassing van deze ontslaggrond is de school niet zondermeer ontheven van de herbenoemingsverplichting. Ontheffing vanwege ontslag wegens ‘gewichtige redenen’ geldt voor gelijksoortige functies voor dezelfde school als waar de persoon voor zijn ontslag werkte. Voor gelijksoortige functies op andere scholen van hetzelfde bevoegd gezag geldt dit dus in beginsel niet, tenzij de ontslagreden ook is vastgesteld op andere scholen van hetzelfde bevoegd gezag. Uit de in de personeelsadministratie opgenomen documenten moet in dat geval blijken dat de persoon voorafgaand aan zijn ontslag, in het kader van een reïntegratietraject of anderszins, ook op die scholen te werk is gesteld en dat ook daar de ontslagreden is geconstateerd.

Ontheffing vanwege ontslaggrond a en b is een tijdelijke ontheffing. De ontheffing geldt voor één schooljaar. Als een medewerker in juni ontslagen wordt, moet voor het nieuwe schooljaar al een nieuwe ontheffing aangevraagd worden.

Ontheffing vanwege ontslaggrond c is ook een tijdelijke ontheffing. Deze ontheffing moet echter voor iedere vacature opnieuw worden vastgesteld.

Indien uit de herbeoordeling blijkt dat de ontheffing voor het komende jaar nog steeds van toepassing wordt geacht, moet opnieuw worden voldaan aan de administratieve voorwaarden. Alle documenten die bij de eerste beoordeling zijn gebruikt, moeten dan worden vernieuwd. Dat betekent dus met name dat de verklaring van betrokkene, waarin hij aangeeft dat hij op de hoogte is van de inhoud van de regeling en de redenen waarom het bevoegd gezag toepassing heeft gegeven aan de regeling, opnieuw moeten worden ondertekend. Een eenzijdige documentatie vanuit de werkgever is derhalve niet voldoende.

TIP:

Los van de situaties waarin automatische ontheffing onder voorwaarde van de documentatieverplichting van toepassing is, geldt nog altijd dat bij gewichtige redenen een verzoek tot ontheffing bij DUO kan worden ingediend. Indien DUO dit verzoek heeft bevestigd, betekent dit dat er sprake is van ontheffing van herbenoeming. Gewichtige redenen zijn onoverkomelijke onderwijskundige en/of organisatorische knelpunten. DUO deelde ons mee dat het ook mogelijk is om een verzoek tot een permanente ontheffing bij hen in te dienen als er sprake is van een automatische tijdelijke ontheffing, maar er in feite sprake is van een situatie waarin betrokkene permanent niet benoembaar wordt geacht door beide partijen. Het bevoegd gezag kan dan een verzoek tot permanente ontheffing indienen dat mede ondertekend moet worden door betrokkene.

Wijziging eigen wachtgelder regeling

Wij hebben via de Werkgroep Onderwijs van onze beroepsorganisatie de praktische problemen waar wij bij de controle van de eigen wachtgelder regeling tegenaan lopen aanhangig gemaakt bij het ministerie. Het ministerie gaf aan juist bezig te zijn met een modernisering van de regeling en zou de bezwaren die wij aangedragen hebben daarbij zoveel mogelijk meenemen. Inmiddels hebben wij ook deelgenomen aan een overleg met het ministerie waar dit verder besproken is. Het is de verwachting dat dit jaar of volgend jaar een nieuwe regeling beschikbaar komt.

Meer nieuwsitems