De Raad voor de Jaarverslaggeving is verantwoordelijk voor de richtlijnen die van toepassing zijn bij het opstellen van alle jaarverslagen in Nederland op basis van Titel 9 Boek 2 BW. Vanaf 2008 zijn de richtlijnen voor de jaarverslaggeving ook voor de onderwijssector van toepassing. De richtlijnen van de raad vormen voor de onderwijsinstellingen en de accountants van die instellingen een belangrijk en verplicht kader bij het opstellen van de jaarverslaggeving respectievelijk het uitvoeren van het accountantsonderzoek in het kader van de jaarverslaggeving.
Het ministerie van OCW is, onder andere samen met alle sectororganisaties – waaronder de Vereniging Hogescholen en VSNU – en vertegenwoordigers van de accountantsorganisaties, lid van de werkgroep Onderwijs van de Raad voor de Jaarverslaggeving. De werkgroep adviseert de raad over onderwijsspecifieke aangelegenheden met betrekking tot de jaarverslaggeving.
Eerder dit jaar is de werkgroep Onderwijs erop geattendeerd dat de verwerking van de collegegelden in de balans door de instellingen in het hoger onderwijs (hogescholen en universiteiten) niet op uniforme wijze plaatsvindt en dat mogelijk door een deel van de instellingen de RJ-richtlijnen niet juist worden toegepast.
Na divers en uitvoerig overleg in de werkgroep Onderwijs is – op basis van de geldende RJ-richtlijnen – geconcludeerd dat er slechts één correcte manier is waarop hoger onderwijs instellingen het collegegeld kunnen verwerken in de balans. De werkgroep heeft dit thema nader uitgewerkt in een notitie die u hier kunt downloaden.
De instellingen in het hoger onderwijs wordt geadviseerd kennis te nemen van deze notitie en de rechten en verplichtingen inzake collegegelden overeenkomstig deze notitie te verwerken in de jaarrekening en – indien sprake is van aanpassingen – met de accountant te overleggen over de manier waarop dit het beste kan gebeuren.
Bron: www.rijksoverheid.nl
Vanmorgen was er een rondetafelgesprek. Kamerleden stelden vragen aan de Belastingdienst en andere betrokken partijen. Zo verzamelden zij informatie van experts. Het onderwerp van de vragen was de handhaving van
Schijnzelfstandigen, schijn-zzp’ers of nep-zzp’ers. Allemaal namen voor dezelfde groep. Schijnzelfstandig zijn betekent dat iemand een zelfstandige (zzp’er) lijkt, maar het niet is volgens de Belastingdienst. Een verkapt dienstverband dus. Als
Het huidige kabinet heeft de inkomensonafhankelijke (bijna) gratis kinderopvang uitgesteld tot 2027. Vooruitlopend daarop wordt de kinderopvangtoeslag in 2025 en 2026 stapsgewijs verhoogd. Nadat het voorstel eerder in internetconsultatie is