Op 5 juli heeft minister Helder tijdens het commissiedebat eerstelijnszorg toegezegd de ‘pauzeknop’ in te drukken voor de eerstelijns zorgaanbieders die hun jaarverantwoording uiterlijk 30 december 2023 openbaar moeten maken. Het indrukken van de ‘pauzeknop’ betekent dat deze groep over de boekjaren 2022 en 2023 niet verplicht een jaarverantwoording openbaar hoeft te maken.
Op 1 januari 2022 trad de Aanpassingswet toetreding zorgaanbieders (AWtza) in werking. Daarmee werd de openbare jaarverantwoording verplicht voor álle zorgaanbieders. Dus ook voor zorgaanbieders die al zorg leverden vóór 1 januari 2022, maar nog geen financiële verantwoording over boekjaar 2021 openbaar dienden te maken (op grond van de Wet marktordening gezondheidszorg). Deze groep zorgaanbieders moet dit jaar voor het eerst een jaarverantwoording indienen over boekjaar 2022. Met als uitgestelde deadline 30 december 2023.
De minister heeft met haar besluit gereageerd op signalen vanuit het veld. Zij wil rust brengen met het oog op de brede opgave waarvoor de eerstelijnszorg staat. Daarom heeft zij toegezegd uitstel te verlenen voor de verplichte openbaarmaking van de jaarverantwoording tot boekjaar 2024. Dit uitstel geldt voor de zorgaanbieders die hun jaarverantwoording uiterlijk 30 december 2023 openbaar moeten maken. Het houdt in dat de jaarverantwoording over boekjaren 2022 en 2023 niet verplicht openbaar gemaakt hoeft te worden. Let op, deze toezegging moet (juridisch) nog worden uitgewerkt.
Een belangrijk doel van de openbare jaarverantwoording is het bieden van meer transparantie in de zorgsector. Ondanks het uitstel roept de minister eerstelijns zorgaanbieders daarom op om op vrijwillige basis hun jaarverantwoording aan te leveren. Dit om ervaring op te doen in het openbaar maken van de jaarverantwoording en de voorbereiding daarvan te implementeren in de eigen bedrijfsvoering. Ons advies is, van deze mogelijkheid gebruik te maken. Want het gaat om uitstel, niet om afstel. Loopt u bij dit “oefenen” ergens tegenaan? Wij zijn u natuurlijk graag van dienst.
De maximale onbelaste vrijwilligersvergoeding gaat per 1 januari 2024 omhoog van € 1.900 naar € 2.100. Dit is het gevolg van de jaarlijkse indexatie. Jaarlijks wordt de maximale onbelaste vrijwilligersvergoeding
Het Belastingplan 2024; welke specifieke fiscale maatregelen zijn relevant voor uw maatschappelijke organisatie? Ons demissionaire kabinet heeft op Prinsjesdag de fiscale plannen bekend gemaakt. Als branchespecialist hebben wij met onze
Terwijl u mogelijk met vakantie was (op 14 augustus 2023) kwam de Belastingdienst met het volgende bericht: “Modelovereenkomsten gebaseerd op vrije vervanging vervallen per 1 januari 2024” Voor de MKB-praktijk