Voor het opstellen van de jaarrekening 2024 is de aanpassing relevant van de Richtlijn Begroting en Jaarverslaggeving PKN (Begroting en Jaarverslaglegging | FRIS GCBB richtlijnen documentatie).
Daarnaast brengen wij een aantal specifieke punten onder uw aandacht die u kunnen helpen bij het opstellen van de jaarrekening 2024:
Kerkgebouwen en verenigingsgebouwen zonder WOZ-waarde worden gewaardeerd op historische kostprijs minus cumulatieve afschrijvingen met een minimale waarde van 1 euro.
Verenigingsgebouwen, pastorieën en overige gebouwen worden gewaardeerd op WOZ-waarde. Voor boekjaar 2024 wordt de WOZ-aanslag 2024 (met waardepeildatum 01-01-2023) gehanteerd.
Landerijen worden gewaardeerd op 60% van de fiscale waarde (verpachte gronden Box 3) 2024 zoals bekend gemaakt door de Belastingdienst. De looptijd van het pachtcontract is hierbij niet van belang.
Volkstuinen waaraan een WOZ-waarde is toegekend, worden op WOZ-waarde gewaardeerd.
Bebouwde gronden waarvan alleen de ondergrond in eigendom is en de gebouwen in erfpacht zijn uitgegeven worden op dezelfde manier als landerijen gewaardeerd.
Ongerealiseerde herwaarderingen worden verwerkt in een herwaarderingsreserve. Daarbij moet een splitsing gemaakt worden in een herwaarderingsreserve kerkelijke gebouwen en een herwaarderingsreserve niet-kerkelijke gebouwen.
Met ingang van 2024 worden herwaarderingen direct in de herwaarderingsreserve binnen het eigen vermogen verwerkt worden en mag dit niet meer via het resultaat verwerkt te worden. Dit is dus een aanpassing ten opzichte van 2023.
Groot onderhoud aan gebouwen wordt gefinancierd door middel van een onderhoudsvoorziening. De voorziening betreft een kostenegalisatievoorziening, dit houdt in dat de jaarlijkse dotatie constant is, met uitzondering van een inflatiecorrectie. Met ingang van boekjaar 2024 is het verplicht dat de onderhoudsvoorziening is onderbouwd met een (door een deskundige opgesteld) meerjaren onderhoudsplan.
Indien u SIM-subsidies ontvangt voor onderhoud aan een monumentaal wordt de toegekende subsidie gelijkelijk verdeeld over de subsidieperiode. Bij een subsidieperiode van 6 jaar wordt dus 1/6e deel van het toegekende bedrag verantwoord als subsidiebate, ongeacht de uitbetaling. Voor hetzelfde bedrag wordt ook gedoteerd aan de onderhoudsvoorziening. Indien een deel van de SIM-subsidie vooruitbetaald wordt, wordt dit verwerkt als vooruit ontvangen gelden.
Financiële vaste activa bevatten spaarcontracten en deposito’s die voor langer dan één jaar na balansdatum vaststaan, maar ook verstrekte leningen. Beleggingen in effecten worden niet geclassificeerd als financiële vaste activa maar als beleggingen.
Financiële vaste activa bevatten tevens stichtingen waarin het college de (overwegende) zeggenschap heeft. (Overwegende) zeggenschap houdt in:
Indien sprake is van dergelijke stichtingen dient de naam, vestigingsplaats en doelstelling toegelicht te worden onder de financiële vaste activa.
Effecten worden gewaardeerd op beurswaarde. Afhankelijk van het beleid van het college kan de verwerkingswijze van de (ongerealiseerde) koersresultaten aangepast worden. Met ingang van boekjaar 2024 bestaat de mogelijkheid om (ongerealiseerde) koersresultaten direct in een reserve koersverschillen binnen het eigen vermogen te verwerken en niet meer via de staat van baten en lasten. Indien u koersresultaat begroot of gebruikt in de lopende exploitatie kan nog steeds gekozen worden om (een deel van) de koersresultaten te verwerken via de staat van baten en lasten.
Met ingang van 2024 is het mogelijk binnen de algemene reserve de wijkreserves zichtbaar te maken. Voorheen dienden voor wijkreserves aparte bestemmingsreserves gevormd worden. Dat is nu niet meer nodig.
Aangekochte collectebonnen en -munten die nog niet zijn ingeleverd worden gepassiveerd op de balans. Een ‘vuistregel’ is dat maximaal de uitgegeven bonnen in het vierde kwartaal worden gepassiveerd.
De huidige ontwikkeling is dat veel gemeenten overgaan op een kerkapp. Let op dat ook het opgebouwde en nog niet bestede saldo in de app ook gepassiveerd wordt op de balans.
In de jaarrekening doet het college ook verslag over de volgende zaken:
Colleges die op basis van de groottecriteria classificeren als ‘groot’ zijn met ingang van boekjaar 2025 verplicht om een beoordelingsverklaring of controleverklaring van een accountant te overleggen aan het CCBB. Boekjaar 2024 valt nog in de overgangsperiode en kan nog gekozen worden voor een lagere controlecategorie.
Wij hopen dat bovenstaande aandachtspunten u helpen bij het opstellen van de jaarrekening 2024. Vanzelfsprekend staan wij voor u klaar als er vragen zijn.
Elke ANBI heeft de verplichting om op de eigen website of op de gemeenschappelijke website van bijvoorbeeld een brancheorganisatie gegevens te publiceren. Deze publicatieverplichting is één van de eisen om
Koppeling SKG en Twinfield Gebruikt u het boekhoudprogramma Twinfield? Wilt u de bankafschriften van rekeningen bij SKG nog sneller verwerken? Sinds dit najaar bestaat de mogelijkheid om de rekeningafschriften van
Jaarrekeningen PKN Vanaf het boekjaar 2019 geldt voor de jaarrekeningen van kerkelijke gemeenten en diaconieën binnen de Protestantste Kerk de Richtlijn Begroting en Jaarverslaggeving PKN. Deze richtlijn is een ‘levend
