Werken met zzp’ers

Werkt u met zzp’ers? Controleer dan of de manier van werken past bij een zzp’er en of het contract daarmee in lijn is. Zo beperkt u het risico op schijnzelfstandigheid.

Belastingdienst controleert weer op schijnzelfstandigheid

Want sinds begin dit jaar handhaaft de Belastingdienst weer in situaties waarin iemand eigenlijk werknemer is, maar toch als zzp’er werkt.

Wat moet u doen?

Het is belangrijk dat u weet wie u inhuurt en dat u controleert of de samenwerking op de juiste manier geregeld is.

Zachte landing

De Belastingdienst richt zich niet meer alleen op mensen die bewust de regels overtreden, de zogenaamde “kwaadwillenden”. Ook in andere gevallen legt de Belastingdienst naheffingen op. Gelukkig geldt er in 2025 een tijdelijke versoepeling. Alleen bij opzettelijke fouten worden er boetes opgelegd.

Gevolgen als de zzp’er eigenlijk werknemer is

Blijkt een zzp’er in werkelijkheid een werknemer te zijn? Dan kan dat voor u als opdrachtgever fiscale gevolgen hebben:

• U moet mogelijk loonbelasting/premie volksverzekeringen betalen
• U moet premies werknemersverzekeringen en werkgeversheffing Zvw betalen

De naheffingen kunnen met terugwerkende kracht worden opgelegd. Dit kan maximaal tot 1 januari 2025. Het gaat niet verder terug, want vanaf dat moment is de handhaving gestart.

Weest u zich ervan bewust dat de Belastingdienst niet twee keer hetzelfde inkomen mag belasten. Als de zzp’er zelf al inkomstenbelasting over datzelfde inkomen heeft betaald, mag de Belastingdienst dit niet nog een keer in de heffing betrekken. Op dit punt loont het om bij een naheffing samen met de zzp’er op te trekken richting de Belastingdienst.

 Arbeidsrechtelijke risico’s

Een zzp’er kan via de rechter eisen dat hij dezelfde rechten krijgt als een werknemer. Dit kan extra kosten voor u met zich meebrengen, zoals:

• Doorbetaling bij ziekte en vakantiedagen
• Vakantiegeld en eindejaarsuitkering (volgens de cao)
• Werkgeversbijdrage van de pensioenpremie

Hoe beoordeelt de Belastingdienst zelfstandigheid?

De Belastingdienst kijkt naar de huidige wetgeving en een belangrijke rechtszaak (het Deliveroo-arrest) om te bepalen of iemand een zzp’er of werknemer is. Belangrijke vragen zijn:

1. Wat voor werk doet de zzp’er en hoe lang?
2. Hoe worden de werkwijze en werktijden bepaald?
3. In welke mate zijn de werkzaamheden én de zzp’er onderdeel van de organisatie?
4. Moet de zzp’er het werk persoonlijk doen?
5. Hoe is de vergoeding afgesproken?
6. Hoe betaalt u de zzp’er?
7. Wat is de hoogte van de beloning?
8. Loopt de zzp’er commercieel risico?
9. Presenteert de zzp’er zich als ondernemer?

Uiteindelijk zijn alle feiten en omstandigheden bij elkaar van belang. Dit wordt in onderlinge samenhang beoordeeld. De uitkomst van de weging bepaalt of iemand werkt als zzp’er of als werknemer.

Voorbeelden uit de praktijk

Financieel medewerker die géén werknemer is

Op 12 februari 2024 oordeelde de rechtbank dat een financieel medewerker wél als zzp’er werkte. Dit kwam onder andere doordat:

• Hij zelf bepaalde waar en wanneer hij werkte
• Hij zelf bepaalde op welke manier hij werkte
• Hij zich niet hoefde te houden aan interne regels, zoals een personeelshandboek
• Hij geen beoordelingsgesprekken had
• Hij zich niet bezig hield met de kernactiviteit (kunst verkopen) van het bedrijf
• Zijn kennis en ervaring niet bij het bedrijf aanwezig waren
• Hij niet zij-aan-zij werkte met werknemers, want hij deed ander werk
• Hij een veel hoger uurtarief had dan iemand in loondienst

Alle elementen bij elkaar zorgden ervoor dat de rechter oordeelde dat er geen sprake was van gezag. Daarom was de waarnemer geen werknemer.

Financieel medewerker die wél werknemer is

Op 13 maart 2025 bepaalde de rechtbank dat een financieel medewerker geen zzp’er was, maar een werknemer. Dit kwam onder andere doordat:

• Hij er langer dan 3 maanden minimaal 20 uur per week werkte
• Hij zich bezig hield met de kernactiviteit van het bedrijf (financiële administratie)
• Hij werkinhoudelijk werd aangestuurd
• Uit e-mails bleek dat de opdrachtgever “de arbeidsovereenkomst wilde formaliseren”

Alle elementen bij elkaar maakte dat de rechter oordeelde dat hij werknemer was.

Tips voor voldoende zelfstandigheid

Onderstaande praktische tips helpen u de risico’s te beperken:

1. Zorg ervoor dat de overeenkomst die u gebruikt geldig is. In het Register overeenkomsten DBA. staat een overzicht van overeenkomsten die de Belastingdienst heeft goedgekeurd.
2. De Belastingdienst keurt geen nieuwe modelovereenkomsten meer goed. De huidige modelovereenkomsten kunt u gebruiken tot het jaar 2030.
3. Controleer of de praktijk overeenkomt met het contract. Een contract dat niet klopt met de werkelijkheid, kan alsnog tot problemen leiden.
4. Uiteindelijk is het geheel van feiten en omstandigheden belangrijk. De beoordeling hangt af van het totaalbeeld, niet van één enkel punt.
5. Leg in het contract waarom een zzp’er als zelfstandige werkt. Dit kan later helpen bij juridische (arbeidsrechtelijke) discussies.
6. Bewaar correspondentie met de zzp’er waarin onderhandelt wordt over de opdracht, het tarief en het contract. Dit kan later helpen als u bij de rechter moet bewijzen dat de zzp’er géén werknemer is.
7. Gebruik het jaar 2025 als overgangsjaar. De Belastingdienst handhaaft al, maar legt nog geen boetes op.
8. In onze brochure vindt u meer tips.

Advies

Zet u zzp’ers in? Controleer dan of de manier van werken past bij een zelfstandige en of het contract daarmee in lijn is. Zo beperkt u het risico van schijnzelfstandigheid.

Van Ree FC helpt u graag bij het beoordelen van de arbeidsrelaties en het opstellen van de juiste overeenkomsten. Neem gerust contact met ons op.