Een bv heeft haar deelneming verkocht. Eenmaal na de verkoop besloot de voormalige aandeelhouder om de werknemers van de verkochte deelneming een afscheidsbonus te geven. Zowel de koper als de werknemers wisten hier niets vanaf.
De vraag waar de rechter een antwoord op moest geven was of de bv deze afscheidsbonussen als verkoopkosten mocht aftrekken.
Kosten zijn aftrekbaar als de verkoop van de deelneming ook was doorgegaan zonder dat deze kosten zijn gemaakt.
Wij lichten de relevantie van deze uitspraak graag toe.
Op grond van de deelnemingsvrijstelling is de winst van een deelneming vrijgesteld van belastingheffing. Daarbij mogen de kosten die zijn gemaakt met de aankoop en de verkoop van een deelneming niet van de winst worden afgetrokken. De aankoopkosten moeten op de balans worden opgenomen als opgeofferd bedrag van de deelneming. De verkoopkosten moeten in mindering worden gebracht op de deelnemingswinst die is vrijgesteld, waardoor de vrijgestelde deelnemingswinst lager wordt. De aan- en verkoopkosten worden op deze manier buiten de aftrek gehouden.
In 2018 heeft de Hoge Raad een verduidelijking gegeven wat onder verkoopkosten moet worden verstaan. Volgens de Hoge Raad waren kosten die rechtstreeks samenhangen met de verkoop niet aftrekbaar. Dat zijn kosten die zonder deze verkoop niet zouden zijn gemaakt.
Op 22 december 2023 heeft de Hoge Raad nog een extra uitleg gegeven wat verkoopkosten precies zijn. De kosten moeten een zodanig rechtstreeks verband hebben met de verkoop, dat de kosten gemaakt zijn omdat zij objectief gezien nuttig of nodig zijn voor de verkoop. Als de kosten niet bijdragen aan de totstandkoming van de verkoop van een deelneming, zijn de kosten gewoon aftrekbaar.
Voor de Hoge Raad was het belangrijk dat de afscheidsbonussen pas waren toegekend nadat de deelneming was verkocht. De bonus is toegekend door de aandeelhouder. De koper wist hier niets vanaf. Hieruit blijkt dat de koper de deelneming ook gekocht zou hebben als het personeel de afscheidsbonussen niet had gekregen. De afscheidsbonussen waren daardoor niet noodzakelijk of nuttig voor het verkopen van de deelneming. Ze waren slechts het gevolg van de verkoop. Doordat het directe causale verband ontbreekt, zijn deze afscheidsbonussen aan te merken als gewone kosten en daardoor aftrekbaar van de winst.
Voor de praktijk is het belangrijk om bij de verkoop van een deelneming goed de kosten te specificeren. Als u kosten maakt die niet samenhangen met de verkoop of die niet nuttig of nodig zijn voor de verkoop, dan moet u dit goed onderbouwen. Zo kunt u voorkomen dat deze kosten worden uitgesloten van aftrek.
Wilt u meer lezen? Lees de uitspraak van de Hoge Raad: ECLI:NL:HR:2023:1793, Hoge Raad, 22/02219 (rechtspraak.nl)
Wij kunnen ons voorstellen dat deze uitspraak ingewikkeld voor u is. Verkoopt u binnenkort een deelneming en wilt u extra advies? Neem dan gerust contact met ons op.
Heeft u de fiscale deadlines rondom 1 oktober scherp? Wij hebben de fiscale deadlines voor u op een rij gezet: Heeft u in 2023 btw betaald in een ander EU-land?
De Belastingdienst legt onjuiste aanslagen IB 2021 op. In deze aanslagen is de box 3-belasting nog niet op de juiste wijze verwerkt. Is bezwaar maken zinvol? In het kort De
Vanmorgen was er een rondetafelgesprek. Kamerleden stelden vragen aan de Belastingdienst en andere betrokken partijen. Zo verzamelden zij informatie van experts. Het onderwerp van de vragen was de handhaving van