12 juli 2017

Als kosten worden doorbelast dan is de vraag of deze doorbelaste kosten de vergoeding vormen voor één of meerdere btw-belaste prestaties. Dit is niet zwart-wit maar hangt af van enkele factoren die ook voor uw stichting of vereniging relevant kunnen zijn.

Rechtbank Gelderland heeft geoordeeld (ECLI:NL:RBGEL:2016:6869 20-12-2016) over de vraag of bij het doorbelasten van kosten aan gelieerde stichtingen btw is verschuldigd. Het ging hier om een holding die kosten had doorbelast aan vier gelieerde stichtingen waaraan middelen werden verschaft en waarvan de holding de financiële coördinatie verzorgt. De bestuurder van de holding was in dienst bij de dochteronderneming van de holding. De stichting werd bestuurd door de bestuurder en twee andere personen. De belastingdienst heeft ter zake van de doorbelaste kosten btw nageheven en er zijn boetes opgelegd.

De rechtbank heeft geoordeeld dat de doorbelasting van kosten met btw is belast. De rechtbank komt tot het oordeel dat de holding en de stichtingen niet zodanig met elkaar zijn verweven dat sprake is van een fiscale eenheid voor de omzetbelasting. Evenmin kan naar mening van de rechtbank sprake zijn van een onbelaste verdeling op basis van kosten voor gemene rekening.

Welke les moeten we hieruit trekken voor de praktijk?

Veelal wordt te weinig stilgestaan in de praktijk bij de mogelijke btw-gevolgen in het geval van doorbelasting van kosten tussen aan elkaar gelieerde instellingen. Dit kan grote nadelige gevolgen hebben. Van belang is derhalve te laten beoordelen of doorbelasting van kosten tot btw-heffing leidt en – als dit niet wenselijk is – te laten beoordelen op welke wijze deze btw-heffing kan worden voorkomen. Oplossingsrichtingen hierbij zijn mogelijk de fiscale eenheid of het leerstuk kosten voor gemene rekening. Let echter wel op: dit is en blijft maatwerk en het is zaak u hieromtrent goed voor te laten lichten!

Bron: Van Ree Accountants

Meer nieuwsitems