20 november 2024

Vanaf 2025 handhaaft de Belastingdienst weer bij schijnzelfstandigheid. Schijnzelfstandigheid betekent dat een zzp’er geen echte zzp’er is. Dit heeft niet alleen gevolgen voor de niet-echte zzp’ers, maar ook voor u als opdrachtgever.

Onder andere Het Financieele Dagblad berichtte dat voor bedrijven een hoge rekening dreigt. Wij hebben voor u onder elkaar gezet waar die rekening uit bestaat én hoe u die voorkomt.

Belastingdienst handhaaft bij schijnzelfstandigheid

Vanaf 2025 handhaaft de Belastingdienst actief in situaties waarbij sprake is van schijnzelfstandigheid. Er komt dus een einde aan het ‘handhavingsmoratorium’. Dit betekent dat de Belastingdienst niet alleen bij kwaadwillendheid naheffingsaanslagen en boetes oplegt. Ook in andere gevallen gaat de Belastingdienst naheffingsaanslagen en mogelijk boetes opleggen. Het is daarom belangrijk dat u de zzp’ers die u inhuurt in beeld brengt en controleert of de arbeidsverhouding op de juiste manier is ingericht.

Fiscale gevolgen voor u als opdrachtgever

Als een zzp’er toch een werknemer blijkt te zijn, wordt u gezien als werkgever. Dit heeft voor u als opdrachtgever de volgende fiscale gevolgen:

  • Naheffing van mogelijk achterstallige loonbelasting
  • Naheffing van premies volksverzekeringen, premies werknemersverzekeringen en de werkgeversheffing Zvw
  • Btw-correcties.

De naheffingsaanslagen kunnen met terugwerkende kracht worden opgelegd. Dit kan maximaal terug tot 1 januari 2025. Het gaat niet verder terug, want vanaf dat moment is de handhaving gestart.

U kunt, als u dat contractueel heeft vastgelegd, de loonbelasting verhalen op de zzp’er. Weest u zich ervan bewust dat de Belastingdienst niet twee keer hetzelfde inkomen mag belasten. Als de werknemer zelf al inkomstenbelasting over datzelfde inkomen heeft betaald, mag de Belastingdienst dit niet nog een keer in de heffing betrekken. Op dit punt kan het lonen om samen met de zzp’er op te trekken richting de Belastingdienst.

De premies werknemersverzekeringen en werkgeversheffing Zvw mag u niet op de zzp’er verhalen. Ook niet als u dat contractueel heeft vastgelegd. Zulke contractuele bepalingen zijn namelijk ongeldig.

Arbeidsrechtelijke gevolgen

Een zzp’er kan via de rechter, als hij werknemer blijkt te zijn, alle rechten opeisen die werknemers ook hebben. Als de kantonrechter een arbeidsrelatie bevestigt, kunt u te maken krijgen met de volgende kostenposten:

  • Doorbetaling bij ziekte en vakantiedagen
  • Vakantietoeslag en eindejaarsuitkering op grond van de cao
  • Werkgeversdeel van de pensioenpremie.

De gevolgen in cijfers

U moet de financiële gevolgen niet onderschatten. Deze kunnen hoog oplopen. Bij ons is een voorbeeld bekend dat een zzp’er die 28 uur per week voor € 45 per uur werkt, bijna € 90.000 extra kost wanneer diegene een werknemer blijkt te zijn. Hierin zitten de volgende posten: loonbelasting, premies werknemersverzekeringen, verlof, vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en werkgeversdeel pensioenpremie.

Hoe beoordeelt u schijnzelfstandigheid?

Voor het beoordelen of een zzp’er een echte zzp’er is, maakt u gebruik van de criteria uit het Deliveroo-arrest: 

  1. De aard en duur van de werkzaamheden; 
  2. De manier waarop de werkzaamheden en de werktijden worden bepaald; 
  3. De mate waarin de werkzaamheden en de opdrachtnemer zijn ingebed in de organisatie van de opdrachtgever; 
  4. De verplichting om het werk persoonlijk uit te voeren; 
  5. De manier waarop de afspraken tot stand zijn gekomen; 
  6. De manier waarop de beloning is bepaald en wordt uitbetaald;  
  7. De hoogte van de beloning; 
  8. De mate waarin de zzp’er commercieel risico loopt; 
  9. De mate waarin de zzp’er zich in het economisch verkeer als ondernemer gedraagt of kan gedragen. 

De Belastingdienst heeft een toelichting gepubliceerd op het beslis- en beoordelingskader wat de Belastingdienst gebruikt. Deze toelichting verduidelijkt de criteria uit het Deliveroo-arrest.

Een voorbeeld

Onze ervaring is dat die beoordeling lastig is. Want per opdracht moet u het geheel aan feiten beoordelen, afwegen en in onderlinge samenhang beoordelen. Dat beoordeling van geval tot geval aan de orde is blijkt uit een  uitspraak van Rechtbank Zeeland-West-Brabant, waarbij de volgende omstandigheden speelden:

  • Een zzp’er verrichte voor een langere periode werkzaamheden voor € 24,50 per uur
  • Deze werkzaamheden werden ook door werknemers verricht
  • Er werden instructies gegeven en het werk werd gecontroleerd
  • De zzp’er droeg bedrijfskleding
  • De zzp’er had maar één opdrachtgever.

Als u dit leest, zou u misschien verwachten dat er sprake is van een dienstbetrekking, dus van schijnzelfstandigheid. Toch oordeelde de rechter dat het een zzp’er was. Dit kwam doordat de zzp’er keuzevrijheid had bij het aannemen van werk. Hij kon zijn beschikbaarheid doorgeven en het voorgestelde werk accepteren. Ook had hij de mogelijkheid om tot 72 uur van tevoren de werkzaamheden te annuleren. Daarnaast had hij zich altijd als ondernemer opgesteld door facturen te sturen. Deze uitspraak laat dus zien hoe lastig de beoordeling is.

De beoordeling of een zzp’er niet in loondienst is, blijft maatwerk. Daarom is ons advies geen overhaaste conclusies te trekken. Alle feiten en omstandigheden  moet u meenemen in de beoordeling. Laat u daarover goed adviseren.

Tips om schijnzelfstandigheid te voorkomen

Om de beoordeling voor u makkelijker te maken, geven wij u een aantal praktische tips. Dit helpt u valkuilen voorkomen:

  1. Raadpleeg de toelichting van de Belastingdienst op het beslis- en afwegingskader.
  2. Beoordeel per opdracht of er sprake is van een dienstbetrekking. Het feit dat een zzp’er meerdere opdrachtgevers heeft, wil niets zeggen over de arbeidsrechtelijke positie die de zzp’er bij u heeft.
  3. U kunt bij het beoordelen ook gebruikmaken van het stroomschema van ZIPconomy.
  4. Op www.hetjuistecontract.nl vindt u meer handige informatie en uitgewerkte voorbeelden.
  5. Zorg ervoor dat de modelovereenkomst die u gebruikt geldig is. Dit kun u controleren in het Register overeenkomsten DBA. Hier staat een overzicht van modelovereenkomsten die de Belastingdienst heeft goedgekeurd.
  6. De Belastingdienst keurt geen nieuwe modelovereenkomsten meer goed. De huidige modelovereenkomsten blijven gedurende de looptijd nog wel van kracht.
  7. Zorg ervoor dat wat er in de modelovereenkomst staat, ook in de praktijk zo wordt uitgevoerd. Het niet naleven van een modelovereenkomst kan leiden tot schijnzelfstandigheid.
  8. De overheid heeft een online Webmodule Beoordeling Arbeidsrelatie. Dat is een vragenlijst die u kunt invullen. De uitkomst geeft u een indicatie hoe de Belastingdienst tegen de arbeidsrelatie aankijkt. Dit kan u helpen met het op de juiste manier vormgeven van de arbeidsrelatie.
  9. Vaak heeft een zzp’er een machtspositie, doordat diegene anders gewoon niet komt. Als dit zo is, leg dit dan vast in de considerans van de overeenkomst van opdracht. Zo kan die zzp’er achteraf minder makkelijk arbeidsrechtelijke aanspraken maken door te stellen dat hij eigenlijk werknemer wilde zijn.
  10. Uiteindelijk is het geheel van alle feiten en omstandigheden belangrijk. Deze moet u allemaal bij elkaar nemen. Vervolgens kunt u beoordelen of het  leidt tot een dienstbetrekking of niet.
  11. Het jaar 2025 wordt een overgangsjaar. De Belastingdienst handhaaft dan wel, maar legt in dat jaar geen vergrijpboete op.

Advies bij inhuur van zzp’ers

Huurt u zzp’ers in? Dan raden wij aan om de inhoud van de overeenkomsten van opdracht opnieuw te beoordelen. Als dat nodig is, dan kunt u de overeenkomsten aanpassen en de arbeidsrelatie op de juiste manier vastleggen. Wij helpen u graag bij het beoordelen van uw overeenkomsten van opdracht. Neem gerust contact met ons op.

Meer nieuwsitems