Op 28 mei 2019 is de Wet Arbeidsmarkt in Balans door de Eerste Kamer aangenomen. Dit houdt in dat er per 1 januari 2020 nieuwe regels gelden voor de arbeidsmarkt. De bedoeling van de wet is dat ‘flex minder flex’ en ‘vast minder vast’ wordt.
De ketenregeling bepaalt wanneer elkaar opeenvolgende tijdelijke arbeidsovereenkomsten overgaan in een arbeidscontract voor onbepaalde tijd. Op dit moment is dat bij maximaal drie contracten binnen twee jaar. Deze maximumtermijn wijzigt naar drie jaar.
Momenteel hebben werknemers recht op een transitievergoeding wanneer ze twee jaar of langer in dienst zijn en de arbeidsovereenkomst door de werkgever wordt beëindigd. Deze vergoeding bedraagt 1/6e maandsalaris per 6 maanden en na 10 jaar 1/4e maandsalaris per zes maanden. Vanaf 2020 is er transitievergoeding verschuldigd vanaf de eerste dag van het dienstverband. De hoogte bedraagt dan altijd 1/3e maandsalaris per gewerkt jaar.
Met ingang van 2021 geldt er een compensatie transitievergoeding bij einde van de onderneming wegens pensioen of ziekte van de werkgever. Deze compensatie is van toepassing op werkgevers die minder dan 25 personen in dienst hebben. Het UWV toetst of er sprake is van einde bedrijf wegens pensioen of ziekte van de werkgever.
Op dit moment zijn ontslagen via de kantonrechter vaak niet succesvol. De WAB brengt hier verandering in door een nieuwe ontslaggrond ‘i’ toe te voegen. Deze geeft de rechter de mogelijkheid om omstandigheden, bijvoorbeeld disfunctioneren en verstoorde arbeidsrelatie, te combineren. Hierdoorkan een werknemer sneller ontslagen worden.
Na 12 maanden moet de werkgever een oproepkracht binnen een maand een aanbod doen voor een contract met vaste uren. Die uren bepaalt men op basis van de gemiddelde arbeidsduur per maand in het voorgaande jaar. Daarnaast wordt een oproepkracht minstens vier dagen vooraf schriftelijk of elektronisch opgeroepen door de werkgever. Als men aan deze voorwaarde niet wordt voldoet, hoeft de werknemer er geen gehoor aan te geven.
Vanaf 2020 geldt er één sectorpremie voor alle sectoren. Daarbij geldt dat er sprake is van een hoge en een lage WW-premie, afhankelijk van het type contract. De lage WW-premie geldt voor schriftelijke contracten voor onbepaalde tijd met een vaste uren-omvang. De hoge WW-premie geldt voor alle overige contracten, behalve bij BBL-ers en bij jongeren die minder dan 12 uur per week werken.
M. (Rien) van Koeveringe RPP
sr. HR-Consultant
rvkoeveringe@vanreehrc.nl
0342-400200
Ontvangt u deze week een brief van de Belastingdienst? Dan komt u in aanmerking voor rechtsherstel. In die brief staat wat u moet doen. Voor elk belastingjaar gelden andere box
U hoort het overal om u heen: “bitcoins” en “cryptovaluta”. Misschien bent u er bekend mee, omdat u zelf ook bitcoins of andere cryptovaluta heeft. Maar weet u ook hoe
Er is meer bekend over het aanvullend rechtsherstel voor box 3. We weten nu wie het OWR-formulier kan invullen. Ook weten we iets meer over de invulling van het werkelijk